Vandaag was de herkansing. Naar aanleiding van de lastige belichting van de suikermycena's heb ik me verdiept in het gebruik van softboxen bij flitslicht. Vooral de informatie op deze site was heel informatief. De eerste foto is gemaakt met natuurlijk licht. De zon scheen... en ik hoopte dat het misschien wel genoeg was, maar nee... (f6.3, ISO800, 1/200, exp. comp. -1,33)
Vorige keer had ik mijn fonkelnieuwe ringflitser (Macro Ring Lite MR-14EX) niet mee en moest ik het doen met de interne flitser van de camera. Na het lezen van de info over softboxen realiseerde ik me dat de ringflitser die al heeft! Tot nu heb ik er echter nog geen mooie foto mee kunnen maken. Waarschijnlijk, denk ik nu, omdat ik te glimmende onderwerpen had. En ook dat moet kunnen als je het licht maar extra goed verstrooid...
Affijn, het is me nu toch gelukt om een betere foto te maken van deze prachtige kleine paddestoeltjes (f13, ISO400, 1/500, External E-TTL comp. -1). Dus ik was helemaal blij! Ik heb er zelfs stereofoto's van gemaakt. Bij deze foto scheelkijken...
... en deze is andersom gemonteerd. Het stereo-effect ontstaat door in de verte te staren en de middelste plaatjes over elkaar heen te schuiven. De foto's mogen niet verder uit elkaar liggen dan de afstand tussen de ogen. Houd de foto daarom klein. Scheelkijken levert nog wel eens hoofdpijn op. Met deze methode zal dat waarschijnlijk niet gebeuren. Dus Bernie... :-) probeer het nog een keer!
Maar goed, inmiddels heb ik een ander probleem en dat is de witbalans! De kleuren kloppen niet met de werkelijkheid en ik krijg het niet goed. Ik schiet mijn foto's tegenwoordig in RAW en er is veel ruimte om dingen te corrigeren. Maar hoe?! Dat ga ik nu maar eens tot de bodem uitzoeken. Misschien moet ik een wit papier meenemen om de juiste witbalans te bepalen...
Op de site over het gebruik van softboxen stond de volgende zin 'Hoe Dichterbij de Lichtbron, Hoe Groter Hij Wordt'... vond ik een hele mooie... en is op allerlei manieren te interpreteren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten